elisabeth tonnard
door johan velter

Dat een schrijver zich in de geschiedenis positioneert door anderen te citeren, hun woorden te gebruiken of te parafraseren is gemeengoed geworden. Een mens is nooit alleen. Ook beeldende kunstenaars hanteren citaten: vormen worden overgenomen en verdraaid, thema’s en motieven uitgewerkt of gereduceerd. Soms gebeurt het dat men niet citeert maar neemt. Zo doet ook Elisabeth Tonnard.
Enigszins. De literatuurcollages die zij maakt zijn geen eerbetoon aan een schrijver of een plaatsbepaling in de geschiedenis. De woorden, de citaten zijn door haar van de context ontdaan. Woorden zijn stenen. Gevonden stenen kunnen gebruikt worden. Het gebruik leidt tot kamers. In kamers is er interactie.
Niet alleen de woorden zijn van alle bijbetekenissen (zoals psychologie, retoriek, betekenis, versopbouw, ritme, tijd en plaats) ontdaan ook de zinnen zijn dat. De bouwstenen van het gedicht, de roman, de redevoering worden als zelfstandige eenheden gezien en gebruikt. Weliswaar is ‘De dichter spreekt weer’ in een lelijk omslag gestoken, het boek zelf fascineert. Met ‘de dichter’ wordt Richard Minne, de dichter van de onmacht, de middelmatigheid en het aarzelen, bedoeld. Schijnbaar willekeurig heeft Elisabeth Tonnard versregels uit zijn oeuvre genomen en die tot nieuwe gedichten gevormd. Het motto van de bundel is: ‘Hier is alles droom.’ Niet verwonderlijk dat er ook een gedicht ‘Stof en geest’ opgenomen is. Het merkwaardige is dat we in deze gedichten een Minne-in-het-kwadraat kunnen lezen. Waar er melancholie was, is dit bij Tonnard melancholie op melancholie geworden. Je leest de gedichten, je herkent de zinnen en toch voel je het wringen: hier klopt iets niet en toch klopt het weer wel. (Niet alleen de leestekens schuifelen hun eigen lied.) Dit is Minne lezen zoals hij in zijn wanhoop nooit gedacht heeft. In het gedicht ‘Van op de hooge brug’ neemt Tonnard de versregel ‘De dichter zwijgt.’ op. Zij laat hem weer spreken (de titel zegt het)— zoals hij gehoord moet worden.
Op de rechterbladzijde van ‘Another world’ is een foto afgedrukt, op de linkerzijde een ‘kop’ uit het nieuws. Foto’s zijn genomen op 10 juli 2011, de nieuwsberichten verschenen diezelfde dag. Hier hebben we ‘eenzelfde’ procedure als ‘Menuet’ van Louis-Paul Boon: enerzijds het huiselijk drama, anderzijds de buitenwereld. Tonnard heeft foto’s van bloemen en insecten genomen (er is ook een haan). Naast de dramatische berichten is er de natuur die blijft en zich onverstoorbaar voortplant. Moediger dan de mens. Het boekformaat is 8,50 op 12,5 cm. Behoorlijk klein, dus zo ook de letters. Tonnard is attent geweest en heeft bij elk exemplaar een vergrootglas geleverd. Voor sommigen geldt: maar dan nog…
‘ABC reviews’ is een verzameling van van het internet geplukte meningen over alles wat maar ‘ABC’ heet. Tonnard heeft de meningen ‘klakkeloos’ overgenomen mét alle schrijffouten, stijlloosheid, grofheid en overbodigheid. Maar dat is niet haar punt. Het colofon verduidelijkt en laat een ironische, zelfrelativerende Tonnard zien: ‘Established in 2009, ABC Artists’ Book Cooperative is an international distribution network created by and for artists who make print-on-demand artists’ books. […] This book shows the immense impact of ABC in the world.’ De ‘samensteller’ van het boek is lid van de coöperatie en kan dit boek als promotiemiddel hanteren.
‘The story of a young gentleman’, is net zoals de andere hier vermelde boeken een ‘eigen uitgave’. Waar het ‘eigen beheer’ in de vorige eeuw het negatieve van amateurisme en geestelijke armoede droeg, is dit in deze eeuw volledig veranderd. Wat in de marge gebeurt, is het meest interessante — want mogelijk afwijkend. Een aantal van deze boeken werd in Leerdam uitgegeven (‘A dialogue in useful phrases’ in Acquoy). Niet langer alleen het huis van de bijbel, nu ook een modernistisch centrum.
(Terzijde. Het is niet voor niets dat iedereen het gevoel heeft dat alles hetzelfde geworden is. Een roman uit Noorwegen, China of Canada? Veel verschil maakt het niet. Wat vertaald wordt, is getest op herkenbaarheid door de massa. Het individuele wordt geweerd. Het is daarom meer dan schrijnend te zien dat de overheid en afgeleiden de massaproductie steunen en niet wat massa’s beter is.)
‘The story of a young gentleman’ is hetzelfde als ‘Oorlog en vrede’ van Tolstoj. Tonnard heeft het boek getransformeerd van een klassiek uitgegeven werk naar een pocketvorm. Er is dus ook een blurb-tekst ‘ “Charming!” whispered the little princess… ’. Tonnard heeft de verwijzing naar het boek van Tolstoj (bijvoorbeeld in een colofon) niet expliciet gemaakt. De tekst zelf moet maar duidelijk zijn. Duidelijk? Helaas, de tekst is niet te lezen: door de tekst in een pocketvorm te persen zijn de woorden bijna onleesbaar geworden, want te klein afgedrukt. De opbouw van het boek laat ons weten dat dit niet noodzakelijk een ‘leesboek’ is. In het voorwerk hebben we eerst een blanco pagina, daarna de titelpagina en dan pas de Franse titel. Dan hebben we 4 bladzijden waarop bovenaan 1 zin staat. Die zijn: ‘He was born on a bright summer day. / For a succession of seasons he was educated by the best minds of his generation. / He put a flower in his buttonhole and visited restaurants. / He read War and Peace.’ De laatste pagina’s van het boek hebben dezelfde opmaak. Er staan 2 zinnen op: ‘At night, he lay down. / High above, the stars were drifting by.’ We hebben dus een raamvertelling: de eerste zinnen leiden in naar de tekst, de laatste zinnen spreken van een einde. Het lezen van ‘War and peace’ door de hoofdfiguur wordt dus letterlijk genomen en gepresenteerd. Als er geschreven staat dat hij ‘War and peace’ las, dan is het verhaal zelf ook het lezen van dat boek. Het verhalende en het werkelijke komen zo op elkaar te liggen. De fictie wordt de werkelijkheid die fictie is. De lezer treedt letterlijk het boek en het verhaal binnen want het boek is het lezen zelf geworden. De lezer is een personage: hij doet wat geschreven staat maar is toch niet het hoofdpersonage. Slechts een handpop. De ‘schrijver’ als manipulator. Ook hier gaat het om interactie, om het verschuiven van werkelijkheden.
‘A dialogue in useful phrases’ is opgebouwd uit zinnen die genomen zijn uit het boek ‘Fifteen thousand useful phrases’ van Grenville Kleiser, een etiquetteboek om beleefd en/of duidelijk te leren zijn. Op de rechterpagina staan de ‘you-zinnen’, op de linkerpagina spreekt de ‘I’. Bijvoorbeeld: ‘You may be sure of my confidence.’ — ‘I am perfectly aware of what I am saying.’ — ‘You may relay on me absolutely.’ Het boek bevat geen titelpagina, er is geen inleiding en men valt letterlijk binnen. De omslag bevat de titel in blinddruk — omdat doofheid moeilijker uit te beelden is. De vermoeidheid van het converseren, de leegheid van het communiceren, de zinloosheid van de woorden. Op haar website citeert Tonnard Samuel Beckett: “They had no conversation properly speaking. They made use of the spoken word in much the same way as the guard of a train makes use of his flags, or of his lantern.” De zinnen mogen dan nuttig zijn, ze zijn zinloos.